Abomey
Dagboek
Sylvain

Abomey moet, vanwege de paleizen van de koningen van Dahomey. Die staan op de lijst van werelderfgoederen. Van de meeste is nagenoeg niets over of ze zijn volledig gereconstrueerd met hulp van Unesco. Alleen het paleis van koning Agonglo en van koning Behanzin zijn redelijk herkenbaar overgebleven. Behanzin stak de zaak in brand toen de Fransen op het punt stonden de stad in te nemen. Daarna heeft de tijd met leem gedaan wat de tijd nu eenmaal met leem doet. Ik bezoek de resten met gids Sylvain want in Afrika kun je niks bezoeken zonder gids. Sylvain vertelt heel keurig wat ook op de bordjes van Unesco staat. Ik ben blij met die bordjes want Sylvain praat nogal rap Frans. Ik ben ook blij met Sylvain want zonder hem had ik die paleizen toch niet zo gauw gevonden en hij laat me bovendien een paar voodoo tempels zien die nog gewoon in gebruik zijn (er is geen tegenstrijdigheid tussen voodoo en christendom, volgens Sylvain; God is God en de geesten zijn de geesten) en Sylvain is gewoon een aardige en enthousiaste jongen waarmee ik graag te maken heb. We lunchen samen; dat wil zeggen: ik drink een cola en Sylvain eet een bord rijst met tomatensaus en een dunne roodbruine lap. "Wat is dat?" "Dat is gestoofd koeienvel. Lekker hoor!".